Door Rene Vorderman
Maak van 4 mei een avondvullend programma, met theater op het Grote Kerkhof. Dat zegt Wilko ten Dam, eigenaar van spellen- en elpeewinkel Koning Willem. ‘En dan knallen we om klokslag twaalf uur de vuurpijlen erin om onze bevrijding te vieren.’
‘Ik sta op voor oude vrouwen, houd de deur open voor degene achter me, spreek met twee woorden en ben stil met dodenherdenking. Zo ben ik opgevoed, met normen en waarden. Of je het nou eens bent of niet met de gedachte achter 4 mei, ik vind het een morele verplichting stil te zijn. Geen discussie.’
Eigenaar Wilko ten Dam van spellen- en elpeewinkel Koning Willem aan de Kleine Overstraat vraagt zich wel af of alleen slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog moeten worden herdacht. ‘Veel achttien- en twintigjarigen hebben geen idee om welke oorlog het gaat. Pas een maand voor 4 mei begint dat een beetje te leven en wordt het uitgelegd. Je mag dat die jongeren niet kwalijk nemen, het is enorm ver van hun bed. Waarom geen universele dodenherdenking van alle oorlogen?’
4 Meicomités missen volgens Ten Dam een afslag wanneer ze zich blind blijven staren op de Tweede Wereldoorlog. ‘Maar ik vind wel dat alle zeventien miljoen Nederlanders stil moeten zijn om acht uur; ook wie niet gelooft in de Holocaust. Groepen die zich respectloos gedragen en met kransen gaan voetballen, mogen ze van mij aanpakken. Om zulk gedrag kan ik woedend worden. Om acht uur ben je stil en zorg je dat je niemand tot last bent.’
Zelf houdt hij zich altijd keurig aan dit uitgangspunt. Behalve die ene keer eind jaren tachtig… ‘Een vriend van mij had om zeven uur een squashzaal gehuurd in Tilburg. Na het sporten stapte ik onder de douche vandaan en zag dat het tien voor half negen was. Ineens realiseerde ik me ‘shit, het is 4 mei’. Was ik helemaal vergeten. Ik snap overigens niet dat die squashzaal niet pas om half negen open ging.’
Dat brengt hem op het punt wat winkels moeten doen wanneer dodenherdenking op koopavond valt. De toko om zeven uur dichtgooien kan, maar een sterker statement maken winkeliers volgens Ten Dam door tussen acht uur en kwart over acht tijdelijk de deuren te sluiten. ‘Zo zou ik het doen. Daaruit spreekt meer bewustzijn voor het moment. Ik zou overdag de discussie in de winkel wel aan willen gaan over hoe je 4 mei invult.’
Hij woonde meerdere herdenkingen bij op het Grote Kerkhof. ‘Dat voelt voor mij als vrijheid. Het feit dat wij in dit land met zo veel mensen tegelijk stil kunnen en mogen zijn, is een enorme vorm van vrijheid. In Noord-Korea word je al opgepakt als je een ander kapsel draagt dan de president.’
In zijn familie zijn geen oorlogsslachtoffers gevallen. De opvoeding die Ten Dam zelf genoot, geeft hij door aan zijn kinderen. ‘Zij krijgen niet de kans om niet mee te doen aan 4 mei. Ik vertel ze elk jaar weer waarom we herdenken, dat is bijna een soort mantra. Ze zijn elf en twaalf jaar. Toen ze jonger waren konden ze tijdens het stiltemoment een proestlachje niet onderdrukken, dat geeft niet. Maar ik denk dat ik ze mee moet geven wat er gebeurd is. Zonder geschiedenis geen toekomst.’
Toch zou Ten Dam graag een andere invulling zien van 4 mei. ‘Maak er iets groots van, een avondvullend programma. Daar kan de overheid ook in participeren. De gemeente Deventer legt nu een krans; een statig tafereel zonder tierelantijnen. Ik kan me voorstellen dat je na acht uur een festival houdt op het Grote Kerkhof, bijvoorbeeld een toneelstuk door Theater Gajes of de Deventer Jeugd Musical. Volgend jaar is het zeventig jaar geleden dat de oorlog is afgelopen. Dat kan een mooi moment zijn voor zo’n verandering. Zorg er in elk geval voor dat je de jeugd 4 mei écht laat begrijpen. En dan knallen we om klokslag twaalf uur de vuurpijlen erin om onze bevrijding te vieren.